Volgens BP kost de ramp deze onderneming tot dusver 3,95 miljard dollar, meer dan 3 miljard euro. Dit bedrag is niet alleen voor de technische maatregelen om het lek te dichten en kosten om de vervuilende olie op te ruimen, maar ook voor schadeclaims. BP houdt echter rekening met veel meer. De oliemaatschappij heeft beloofd een noodfonds op te zetten van meer dan 20 miljard dollar om slachtoffers van de ramp aan de kust van de Verenigde Staten schadeloos te stellen.

Het Amerikaanse ministerie van Arbeid waarschuwde dat de grootste olieramp uit de geschiedenis kan leiden tot een verlies van 100.000 banen als het olielek niet in toom wordt gehouden. Visvangst en toerisme lijden onder de vervuiling van het water en de kust.

10 miljard dollar

BP kondigde eerder aan dat het voor 10 miljard dollar aan bezittingen gaat verkopen om de schade te kunnen betalen. Daarmee werd deze week een begin gemaakt door voor 7 miljard dollar aan activiteiten en concessies over te doen aan de Amerikaanse concurrent Apache. Daarvan wordt 5 miljard handje contantje uitbetaald voor het einde van deze maand.

Inmiddels aast ONGC, de oliemaatschappij die in handen is van de overheid in India, op het belang van BP in een gasveld bij Vietnam. Het belang van 35 procent dat BP daarin heeft, zou een kleine miljard dollar waard zijn. Ook Petrovietnam heeft een vinger in de pap en volgens de Vietnamese autoriteiten is BP bij een eventuele verkoop verplicht eerst langs te gaan bij de zittende aandeelhouders. Daartoe behoort ONGC, dat nu al een belang heeft van 45 procent.

Catastrofe voor het milieu

De Britse premier David Cameron probeerde figuurlijk olie op de golven te gooien door na een gesprek met president Barack Obama van de Verenigde Staten ruiterlijk te erkennen dat het gaat om een catastrofe voor het milieu, de vissers en voor het toerisme in de Verenigde Staten. Hij benadrukte ook nog eens dat de verantwoordelijkheid ligt bij BP.

Maar hij voegde er ook aan toe dat BP niet alleen belangrijk is voor de economie van het Verenigd Koninkrijk, maar ook voor die van de Verenigde Staten. Aan weerskanten van de Atlantische Oceaan zijn duizenden mensen voor hun broodwinning afhankelijk van BP, aldus Cameron, en dus is het een wederzijds belang dat BP in de toekomst een sterke en solide onderneming blijft.

Grote belangstelling

De Britten volgen de gebeurtenissen met grote belangstelling, want veel van hun pensioenfondsen hebben fors belegd in deze oliereus.

Volgens de Britse krant The Times behoort ook BP-topman Tony Hayward tot de slachtoffers van de olieramp. Hij zou voor 1 oktober aftreden, als dan tenminste het lek definitief is gedicht.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl